Het HECO2 structureringsproject - naar het koolstofvrij maken van de Waalse zware industrie - is een programma met verschillende complementaire onderdelen, waarbij 20 partners uit het Waalse ecosysteem betrokken zijn en dat ondersteund wordt door de GreenWin- en MecaTech-clusters.

Context

In de context van het bereiken van de EU-doelstelling van klimaatneutraliteit tegen 2050 en de voorgestelde verhoging van de EU-doelstelling om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 te verminderen, heeft de Waalse regering nieuwe initiatieven geïntroduceerd als onderdeel van het Nationaal Herstel- en Veerkrachtplan (PHV) en het Waalse Herstelplan.

De portefeuille met projecten die worden ondersteund door het HeCO2-consortium maakt deel uit van as 1 van het PHV en is gericht op de ontwikkeling van nieuwe productieprocessen en innovatieve technologieën die tegemoetkomen aan de behoeften van de Waalse industrie. De projectportefeuille zal helpen om te voldoen aan de verbintenissen van Wallonië om toe te werken naar de Europese doelstelling van koolstofneutraliteit en om Wallonië te herindustrialiseren door het concurrentievermogen van de industrieën te versterken en nieuwe activiteiten te creëren.

Van de 5 prioriteiten in de projectportefeuille richt prioriteit 2 die hier wordt voorgesteld zich meer specifiek op de productie van koolstofvrije waterstof door elektrolyse, waarvan het gebruik in industriële processen een alternatief is voor fossiele brandstoffen.

Doelstellingen

Het project richt zich op de productie van waterstof door elektrolyse, met als doel de prestaties van waterelektrolyse te verbeteren om groene waterstof te produceren onder de beste technische en economische omstandigheden. Het is specifiek gericht op de ontwikkeling van gecontaineriseerde oplossingen om het testen en de flexibele overgang naar een wijdverspreid gebruik van waterstof te vergemakkelijken. Er zal een autonome en aangesloten proefelektrolyser in een container met geoptimaliseerde cellen worden opgezet. Bovendien zal de elektrische energie die gebruikt wordt in het elektrolyseproces van hernieuwbare oorsprong zijn, aangezien de container geïnstalleerd zal worden op de locatie van het MIRIS-project, een testmicronetwerk dat met name bestaat uit elektriciteit opgewekt door fotovoltaïsche panelen en een hybride opslagsysteem.  

Het belangrijkste resultaat is een autonome en aangesloten containerelektrolyser met geoptimaliseerde cellen.

Deze gecontaineriseerde elektrolyser zal niet alleen een nieuw product zijn voor John Cockerill, maar de resultaten van dit project zullen ook worden gebruikt om het hele productassortiment te verbeteren. Het project zal ook een positieve economische, technologische, wetenschappelijke en milieu-impact hebben voor de verschillende partners.

Centexbel's bijdrage

In dit project brengt Centexbel zijn expertise in textielvezels, formulering en toepassing van coatings en impregnaties op textielsubstraten in voor de ontwikkeling van een nieuw scheidingsmembraan. De verschillende specifieke machines die beschikbaar zijn op onze platforms kunnen gebruikt worden om een grote verscheidenheid aan vezelmaterialen te verwerken en vlakke of driedimensionale weefsels te creëren, alsook semi-continue of continue lijnen voor het functionaliseren van weefsels door impregnatie (coating of hotmelt). 

Voor dit project gebruikt Centexbel een weefmachine met kleine breedte voor het maken van prototypes van membranen en coatingapparatuur voor het functionaliseren van het geweven substraat. 

In de praktijk werkt Centexbel aan de selectie van alternatieve materialen voor de huidige commerciële oplossingen voor textielweefvezels en textieldragers voor het membraan, alsook aan de screening van duurzame materialen voor de formulering van coatings voor de functionalisering van het membraan om de doeltreffendheid ervan te verbeteren.

De geproduceerde materialen worden getest door Centexbel en zijn partner CRM en de resultaten worden besproken tijdens regelmatige vergaderingen met CRM en John Cockerill.

Consortium

Om dit doel te bereiken, omvat het consortium een aantal industriële en academische spelers en onderzoekscentra met complementaire vaardigheden.

John Cockerill, de projectcoördinator, is een van de belangrijkste fabrikanten van elektrolysers in België. De bedrijven I-Care, Pepite en PEPPS, die respectievelijk gespecialiseerd zijn in oplossingen voor Industrie 4.0, machine learning en de integratie van digitale hulpmiddelen, zullen helpen om het elektrolysesysteem autonoom en verbonden te maken.

Tegelijkertijd zullen John Cockerill, APERAM en de onderzoekscentra Centexbel en CRM samenwerken om de verschillende onderdelen van een elektrolyser te verbeteren. Bovendien zal het CRM, dat al verschillende interacties heeft met John Cockerill, ook zijn expertise in elektrochemische toepassingen voor energie inbrengen om de werking van de elektrolyser te optimaliseren.

Daarnaast zullen de Université catholique de Louvain en de Université libre de Bruxelles bijdragen aan het begrip van vloeistofmechanica in vloeistof- en gasstromen in de schoorsteen en in de elektrodes, en de toepassing van de verkregen resultaten en modellen om de prestaties van de elektrolyser te optimaliseren.

Tot slot zal het onderzoekscentrum Materia Nova het project begeleiden met levenscyclusstudies om de duurzaamheid ervan te beoordelen en te verbeteren.